09 18

Deel 4: Eigen onderzoek.

De spiegel is het symbool van la verità
immers zij spreekt de waarheid

Cesare Ripa (1593)



In dit deel kunt u stap voor stap mijn eigen ontdekkingen beleven. Om alles duidelijk te maken heb ik wat grotere afbeeldingen geplaatst. Het gebied is ook goed te bekijken op Google Earth.




De gebruikte kaart is nummer 2347 OT Quillan van het Institut Géografique National.







De driehoek Peyrolles-Blanchefort-Arques trok mijn aandacht vanwege de nauwkeurigheid waarmee hij gebouwd is. De hoeken zijn exact 30°-60°-90°. En dat, terwijl de kastelen van Blanchefort en Arques toch bijna 5 kilometer uit elkaar liggen. Maar de precisie gaat nog verder, want binnen deze driehoek ligt een gelijkzijdige driehoek. Exact in het midden hiervan ligt het kasteel van Serres.







Op de kaart ging ik vervolgens op zoek naar nog meer frappante constructies, met Blanchefort als uitgangspunt. Dit leidde tot mijn eerste grote ontdekking, want inderdaad vond ik nóg een driehoek: Het kasteel van Blanchefort bleek met het kasteel van Serres en de kerk van Cassaignes een perfecte 45°-45°-90° driehoek te vormen.







Toen ik de lijn Cassaignes-Blanchefort doortrok, bleek hij door de berg Cardou te gaan, vlak langs de plaats die Andrews en Schellenberger hadden bepaald als zijnde de locatie van de "schat". Dat gaf me te denken...







Na lang zoeken vond ik een tweede lijn die hier vlak langs liep: de deellijn van hoek BPS (Blanchefort-Peyrolles-Serres). Het snijpunt van de twee gevonden lijnen noemde ik "Punt X" (met dank aan Andrews en Schellenberger). Zou dit de échte locatie zijn?







Toen bedacht ik dat er nóg een lijn was: de 60°-lijn van het graf van Marie de Negri. Nadat ik deze op de kaart had ingetekend, ging hij tot mijn grote verbazing exact door mijn gevonden Punt X heen!

Drie lijnen door één punt. Dat kon geen toeval zijn. Maar wiskundige berekeningen bevestigden mij dat het inderdaad zo was. Ik noemde het door mij gevonden patroon de "Blanchefort-geometrie".



Kerk Peyrolles

Donjon Arques

Kasteel Serres



Donjon Blanchefort

Kerk Cassaignes





Deel 4 - Hoofdstuk 11: Geografische Geometrie.    (complete tekst)

In de tweede helft van de 11e eeuw werd in opdracht van de Duitse Keizer Hendrik III het "Utrechts kerkenkruis" gebouwd. De Paulusabdij en de Janskerk vormden samen met de Pieterskerk en de (inmiddels gesloopte) Mariakerk een perfect kruis, met als middelpunt de Domkerk van Utrecht. Ook elders in de wereld zijn er voorbeelden van geografische geometrie te vinden. Wat dacht u van de piramiden van Gizeh in Egypte? Zij staan zodanig ten opzichte van elkaar dat ze een perfecte kopie vormen van het sterrenbeeld Orion! Of de regeringsgebouwen in Washington, die door de Vrijmetselaars in een vierkant zijn neergezet en waarvan het Pentagon een prachtig gebouw is in de vorm van een pentagram. Maar nergens is de geografische geometrie zo nadrukkelijk aanwezig als in het gebied rond Rennes-le-Château. Ook hier zijn kerken te vinden die, net als in Utrecht, met elkaar in een kruisvorm staan. Zoals bijvoorbeeld de kerken van Antugnac, Bouriège, Conilhac, La Serpent en die van Espéraza, St.Julia, Granes, St.Ferriol. Niet alleen vormen hun verbindingslijnen een kruis, maar in hun verhouding zijn beide kruisen even groot (zie Bijlage). Ook zijn in het gebied ingewikkelder patronen van kerken en kastelen te vinden en zal een ieder die zich over de kaart buigt, gewapend met passer en liniaal, talloze "nieuwe" geometrische figuren vinden. Waar ik het nu over wil hebben is geenszins een complex patroon. Maar waarschijnlijk door zijn eenvoud is de constructie, die ik nu ga bespreken, lang verborgen gebleven. Zeker de zaken die er uit voortkomen, want die zijn zo mooi en onverwacht dat iedere "buitenstaander", zoals ikzelf, keer op keer versteld staat van wat er onder zijn ogen verschijnt. "Solis sacerdotibus" staat er op een van de documenten, die door Saunière zijn gevonden. "Alleen voor ingewijden". Hoor ik daar nu een beetje bij? En u straks ook?


De Blanchefort-geometrie.

In de geschiedenis van het gebied en in het Verhaal van Saunière heeft het geslacht Blanchefort een prominente rol gespeeld. Ook viel het mij op dat het kasteel van Blanchefort vaak wordt vermeld als onderdeel van een van de gevonden geometrische patronen. Omdat ik er van overtuigd was dat er meer aan de hand was, nam ik nogmaals de kaart van het gebied voor me. Als uitgangspunt nam ik het fraaie patroon, bestaande uit de kerk van Peyrolles, de donjon van het kasteel van Arques en het kasteel van Blanchefort. Deze drie bouwwerken vormen, zoals gezegd, de hoekpunten van een 30°-60°-90° driehoek. Alleen is de positionering nog exacter dan de ontdekkers Andrews en Schellenberger hebben beschreven. Na onderzoek ter plekke werd het mij duidelijk dat gaat om de donjon van het kasteel van Blanchefort, en de absis van de kerk van Peyrolles. De absis is het ronde gedeelte van de kerk waar het altaar staat. Om aan te tonen hoe vakkundig men te werk is gegaan, is het nodig om een paar wiskundige kenmerken van een dergelijke driehoek aan te geven. Ik zal dit op eenvoudige wijze doen, zodat niemand zal worden afgeschrikt, en voor iedereen de interesse zal worden gewekt..

  Een 30°-60°-90° driehoek heeft namelijk als kenmerk dat de korte rechthoekszijde de helft is van de schuine zijde (in de tekening is Peyrolles-Blanchefort de helft van Blanchefort-Arques). Het midden van Blanchefort-Arques is punt D. De nieuw ontstane driehoek PBD is gelijkzijdig: alle drie de zijden zijn gelijk. Ook zijn van deze driehoek alle drie de hoeken gelijk. Aangezien de hoeken van een driehoek altijd samen 180° zijn, hebben we nu dus drie hoeken van 60°.

Na deze korte wiskundeles, zal blijken dat men ook in de middeleeuwen bekend was met de kenmerken van deze driehoek. Want de bouwers van dit patroon in Zuid-Frankrijk, die ik de "Blanchefort-geometrie" zal noemen, hebben precies in het midden van de driehoek PBD ("S") het kasteel van Serres gebouwd. En wel zó precies, dat het genoemde punt "S" valt op het westelijke torentje ervan. Een torentje, dat overigens erg veel gelijkenis vertoont met de Tour Magdala in Rennes-le-Château. Zou Saunière soms ook op de hoogte zijn geweest van deze geometrie?

Ik legde een vel transparant papier op de kaart en ging, uitgaande van Blanchefort*, verder zoeken met passer en liniaal. Na een tijdje vond ik, vrij dichtbij, de kerk van Cassaignes. Het bleek dat de afstand van Blanchefort naar Cassaignes even groot was als de afstand van Blanchefort naar Serres. En dat niet alleen, want toen ik de punten met elkaar verbond, bleek er wederom een "perfecte" driehoek te ontstaan: een van 45°-45°-90° !

* Voor het gemak kort ik "het kasteel van Blanchefort" af tot "Blanchefort". Hetzelfde geldt voor "de donjon van het kasteel van Arques": "Arques", "het torentje van het kasteel van Serres": "Serres", "de kerk van Peyrolles" (Cassaignes/etc.): "Peyrolles" ("Cassaignes"/etc.)


Drie constructielijnen.

Dat was een goede start. Al spelende met de kaart verlengde ik de lijn Cassaignes-Blanchefort. Het viel mij op dat deze lijn niet alleen door de berg Cardou liep, maar ook vlak langs de plaats die door Andrews en Schellenberger was bepaald als zijnde de locatie van de "schat". Of hun verhaal nu de waarheid weergeeft of niet, en of je het nu eens bent met hun interpretatie of niet, het feit blijft dat "mijn" lijn vlak langs hun "locatie" liep! Dat zette me aan het denken. Want stel dat dit geometrisch patroon speciaal gemaakt zou zijn om op een of andere manier een plek aan te wijzen. Dan zou het mooi zijn om uit te vinden op welke manier dit gebeurt en waar die plek zich precies bevindt. Ik ging dus vol goede moed op zoek naar nog een lijn die ongeveer door genoemde "locatie" gaat. Na lang zoeken vond ik de tweede lijn die aan deze eis voldeed. Het was de deellijn van de hoek Blanchefort-Peyrolles-Serres. Het snijpunt lag wel een meter of honderd meer naar het zuidwesten dan de "locatie", maar dat maakte niet uit. Misschien was deze methode om de plek aan te wijzen nauwkeuriger. Gauw verder zoeken. Helaas viel er uit de driehoeken geen lijn meer te halen, die ook maar enigszins in de buurt kwam.Toen schoot me nog een mogelijke derde lijn te binnen. Het was de lijn van het graf van Marie de Nègri. Aangezien ik wist dat deze min of meer naar de "locatie" liep, had ik een vermoeden dat ook deze lijn een belangrijke rol zou kunnen gaan spelen. Derhalve construeerde ik een lijn vanuit Arques onder een hoek van 60° op de nulmeridiaan van Parijs, die tussen Serres en Arques door loopt. Tot mijn verbazing ging deze lijn exact door het snijpunt van mijn vorige twee constructielijnen! Drie lijnen door één punt! Dat kon toch geen toeval zijn! Was mijn "Punt X" de echte locatie? Waren die kerken en kastelen werkelijk zo neergezet om door middel van deze drie constructielijnen op een verborgen manier een "Geheime Plaats" aan te wijzen?