Deel 3: Onthullingen.
Nadat Corbu in 1956 het Verhaal van pastoor Saunière in de krant had laten zetten (zie Bijlage 4.5) werd er in Frankrijk steeds meer gepubliceerd. Verantwoordelijk voor deze informatiestroom zou de zogenaamde "Prieuré de Sion", een voortvloeisel uit de Orde van Sion, zijn geweest. Onder de leiders bevinden zich vele bekende namen (zie Bijlage 4.2). Het doel van de Prieuré zou zijn het eerherstel van de dynastie der Merovingen. Om dit doel te verwezenlijken werd beetje bij beetje informatie vrijgegeven over de achtergronden van het Mysterie.
Deel 3 bevat een aantal onthullingen en een aantal vondsten van anderen, die geleid hebben tot mijn eigen ontdekkingen. Ik begin met de perkamenten, die Saunière zou hebben gevonden.
"Le Trésor Maudit" |
Calvaire RLC |
Detail calvaire: "Christus AOMPS défendit" |
Deel 3 - Hoofdstuk 6: De Prieuré de Sion. (complete tekst)
In 1956 stapte Noël Corbu met zijn verhaal over Rennes-le-Château naar de "Dépeche du Midi" (zie Bijlage 4.5). Vanaf die tijd begon er in Frankrijk steeds meer informatie vrij te komen over het mysterie. Soms in de vorm van artikelen en soms in boekvorm, zoals "Le Trésor Maudit". Ook verschenen er in de Bibliothèque Nationale in Parijs allerlei pamfletten en documenten die in kleine oplage gedrukt waren. Verantwoordelijk voor deze publicaties, die meestal onder pseudoniem waren geschreven, zou een zekere "Prieuré de Sion" zijn. Ze zijn verzameld in de zogenaamde "dossiers secrets". Volgens deze "geheime dossiers" is de Prieuré de Sion ontstaan uit de Orde van Sion, die in 1099 door Godfried van Bouillon was opgericht, en waarvan Hugues de Payen de leider werd. De Orde van Sion had het gezag over de Orde van de Tempeliers, waarvan de Payen de eerste Grootmeester was. In 1188 kwam het in Frankrijk door onbekende redenen tot een breuk tussen beide Orden. Deze gebeurtenis wordt "het omhakken van de olm" genoemd. De naam Orde van Sion werd gewijzigd in Prieuré de Sion.
Net als bij de Tempeliers staat aan het hoofd van de Prieuré een Grootmeester. De volgende drie graden vormen samen het "Hof van de 13 Rozekruisers". Volgens de "dossiers secrets " was Jean de Gisors van 1188 tot 1220 de eerste Grootmeester. Het principe van erfelijke opvolging werd toegepast, tenzij de kandidaat niet geschikt werd bevonden. In dat geval werd een buitenstaander Grootmeester. Onder hen zijn vele bekenden, zoals René d’Anjou, Leonardo da Vinci, Isaac Newton, Victor Hugo, Claude Debussy en Jean Cocteau (zie Bijlage 4.2). Laatstgenoemde overleed in 1963. In 1981 werd Pierre Plantard de Saint-Clair zijn opvolger. Wie in de tussenliggende periode Grootmeester was is niet duidelijk. Er wordt gesproken van een driemanschap, waaronder Plantard. In ieder geval is het onder zijn leiderschap dat de Prieuré de Sion meer in de openbaarheid kwam, hoewel het bestaan ervan door velen wordt betwijfeld. Het is ook Plantard die contact had met Henri Lincoln en door hem werd geïnterviewd in zijn boeken en in zijn documentaires. Wie de huidige Grootmeester is, is niet bekend. Het schijnt dat Plantard na enige meningsverschillen in juli 1984 is afgezet. Misschien was er te veel openheid?
Het doel van de Prieuré de Sion zou zijn het eerherstel van de dynastie de Merovingen. Waarschijnlijk met dit doel voor ogen wil men beetje bij beetje informatie verschaffen betreffende de geschiedenis van het geslacht. Een geschiedenis die nauw met het Mysterie van Rennes-le-Château schijnt samen te hangen, getuige de vele verwijzingen hiernaar in de "dossiers secrets". Vaak wordt die informatie op cryptische wijze gepresenteerd, zodat vele interpretaties mogelijk zijn. Dit heeft weer vele "buitenstaanders" aanleiding gegeven tot het schrijven van boeken, waarin bijzondere ontdekkingen onthuld worden. In de komende Hoofdstukken bespreek ik een aantal van die ontdekkingen, die gebaseerd zijn op de informatie die is vrijgegeven (waarschijnlijk) door de Prieuré de Sion.